Een woord over leven en dingen


           

 

Hersteld

        Nadat David Ziklag had aangevallen en het had verbrand en alle mensen ervan had weggenomen, kwamen ze bij hun stad en ontdekten dat het was verwoest en in brand stond, en al hun families en bezittingen waren weggenomen. Ze huilden tot ze niet meer konden huilen. Ze wilden ook David doden. David vroeg God of ze de vijand moesten achtervolgen, en God zei ja. Ze kregen al hun bezittingen en hun vrouwen en kinderen terug.

      We gaan allemaal door beproevingen en beproevingen, en we verliezen zoveel dingen en onze eigen capaciteiten. Soms verliezen we het verlangen om verder te gaan met het leven. Iedereen maakt dingen mee zoals David en vele anderen, zoals Jozef, Mozes en Job. God laat ons door deze beproevingen en beproevingen gaan om te zien waar we van gemaakt zijn. Houden we Hem op de eerste plaats? Is Hij Heer over ons leven? Het is God die ons door deze dingen leidt en ons herstelt met meer dan we voorheen hadden toen we ons vertrouwen op Hem stelden.


      Nieuwe King James-versie
1 Samuël 30:1 Nu gebeurde het, toen David en zijn mannen op de derde dag in Ziklag kwamen, dat de Amalekieten het zuiden en Ziklag waren binnengevallen, Ziklag aanvielen en het met vuur verbrandden,
 2 en had de vrouwen en degenen die daar waren gevangengenomen, van klein tot groot; ze doodden niemand, maar droegen hen weg en gingen hun weg.
 3 Toen kwamen David en zijn mannen tot de stad, en daar was ze, met vuur verbrand; en hun vrouwen, hun zonen en hun dochters waren gevangengenomen.
 4 Toen hieven David en het volk dat bij hem was hun stem op en weenden, totdat ze geen kracht meer hadden om te huilen.
 5 En de twee vrouwen van David, Ahinoam, de Jizreëliet, en Abigail, de weduwe van Nabal, de Karmeliet, waren gevangengenomen.
 6 David nu was zeer bedroefd, want het volk sprak erover hem te stenigen, omdat de ziel van het hele volk bedroefd was, een ieder om zijn zonen en zijn dochters. Maar David sterkte zich in de HERE, zijn God.

      Nieuwe King James-versie
1 Samuël 30:16 En toen hij hem naar beneden had gehaald, waren ze daar, verspreid over het hele land, etend en drinkend en dansend, vanwege al de grote buit die ze hadden genomen uit het land van de Filistijnen en uit het land van Juda.
 17 Toen viel David hen aan vanaf de schemering tot de avond van de volgende dag. Geen van hen ontsnapte, behalve vierhonderd jonge mannen die op kamelen reden en vluchtten.
 18 Zo vond David alles terug wat de Amalekieten hadden weggevoerd, en David redde zijn twee vrouwen.