Esau en Jacob waren tweelingen, met Esau de eerste
die werd geboren en Jacob kwam als tweede uit de
baarmoeder en hield Esau's hiel vast. Jacobs naam
betekent verdringer of bedriegen. Jacob gaf Esau een
kom stoofpot in ruil voor zijn geboorterecht. Jacob
bedroog Issac en ontving de zegen van de
eerstgeborene. Terwijl hij Laban diende, kreeg hij
van Laban meer terug dan hij aan zijn ouders had
gegeven. Laban veranderde zijn salaris 10 keer. Maar
uiteindelijk liet hij Laban als een rijk man achter.
Op zijn reis terug naar zijn eigen land en naar zijn
broer Esau had hij de hele nacht met een engel
geworsteld en tegen de engel gezegd dat hij niet zou
stoppen voordat de engel hem zegende. De engel vroeg
hem zijn naam, hij zei "mijn naam is Jacob." De
engel zei: "van nu af aan zul je Israλl heten."
Israλl betekent 'Prins met God'.
Als we zaaien, krijgen we altijd veel meer dan we zaaien. Als we slechte zaden zaaien, zullen we altijd meer slechte dingen ontvangen dan we hebben gezaaid. Hetzelfde geldt voor het zaaien van goede zaden, we krijgen vele malen terug dan we hadden gezaaid. Dit is een wet die God ons heeft gegeven. Dit geldt voor alles in het leven. Een boer zaait tarwe, maοs en rijst, en hij ontvangt vele malen meer dan hij had gezaaid. Deze drie gewassen zijn goed voor 87% van de wereldoogst. Hetzelfde geldt voor ons, wat we ook zaaien, het komt bij ons terug, vele malen meer dan wat we hebben gezaaid. We kunnen geen onenigheid zaaien in Gods huis, zonder een oogst van haat en ontwrichting terug te krijgen. We kunnen goede dingen in Gods huis zaaien en een oogst van zegeningen ontvangen. Hetzelfde geldt voor onze tienden en gaven. God zei om de tienden en offergaven in Zijn huis te brengen en we zullen gezegend worden. De tienden zijn de eerste 10% van onze inkomsten. Offers zijn wat we willen geven. God zei dat als we spaarzaam zaaien, we spaarzaam zullen oogsten. Hij zei ook dat als we overvloedig zaaien, we overvloedig zullen oogsten. Stop niet met zaaien. We moeten overvloedig zaaien en onze God zal ons een oogst geven die we niet kunnen bevatten. Nieuwe King James-versie Job 4:8 Zoals ik heb gezien, oogsten zij die ongerechtigheid ploegen en onheil zaaien hetzelfde. Nieuwe King James-versie Galaten 6:7 Dwaalt niet, God laat niet met zich spotten; want wat een mens zaait, zal hij ook oogsten. Nieuwe King James-versie 2 Korintiλrs 9:6 Ά Maar dit zeg ik: wie karig zaait, zal ook karig oogsten, en wie overvloedig zaait, zal ook overvloedig oogsten. 7 Laat dus een ieder geven zoals hij in zijn hart voor ogen heeft, niet met tegenzin of uit noodzaak; want God houdt van een blijmoedige gever. Nieuwe King James-versie Maleachi 3:8 "Zal een mens God beroven? Toch hebt u mij beroofd! Maar u zegt: 'Op welke manier hebben wij u beroofd?' In tienden en gaven. 9 U bent vervloekt met een vloek, want u hebt mij beroofd, zelfs dit hele volk. 10 Breng alle tienden naar de voorraadkamer, opdat er voedsel in Mijn huis zal zijn, en beproef Mij hierin nu, zegt de HERE der heerscharen, "Als Ik de vensters van de hemel niet voor u zal openen en zulke zegen Dat er niet genoeg ruimte zal zijn om het te ontvangen. |